5. Basis op orde ten behoeve van interoperabiliteit
Het denken vanuit dromen naar doen, ofwel van visie naar strategie leert ons dat een aantal zaken aan de basis van het gezondheidsinformatiestelsel geregeld moeten zijn of moeten worden aangepakt om de ontwikkeling van dat stelsel waar te kunnen maken.
Aanvullend op de zaken die al zijn genoemd in de Nationale visie (hoofdstuk 7.3) moet ook het volgende geregeld zijn:
Verbeter de aansluiting van primair gebruik op secundair gebruik.
Stel te gebruiken (open) (inter)nationale standaarden vast.
Regel de scheiding tussen inhoud en transport.
Bevorder de eenheid van taal.
Maak een keuze voor een landelijk dekkend netwerk van infrastructuren.
Wijs gemeenschappelijke voorzieningen aan voor (non-concurrentiële) generieke functies).
Benader de totstandkoming van het gezondheidsinformatiestelsel in samenhang.
Volg de leidende richtlijnen voor privacy en beveiliging en/of specifieke normen die hiervoor zijn.
Een aantal punten wordt hieronder nader geduid. Dit is geen uitputtende opsomming.
Eenheid van taal
Om databeschikbaarheid en hergebruik van data waar te kunnen maken is het randvoorwaardelijk dat de gegevens die worden geregistreerd over de volle breedte kunnen worden hergebruikt. Hiervoor is nodig dat soortgelijke gegevens op dezelfde manier worden geregistreerd of dat ze eenvoudig en zonder interpretatie kunnen worden omgezet of vertaald zonder dat er informatie verloren gaat. Een lab-uitslag, medicatievoorschrift, diagnose of observatie kan zo door veel verschillende betrokkenen worden gebruikt.
Dit vraagt onder meer:
De keuze voor een (inter)nationaal informatiemodel, dat zorgt voor samenhang tussen informatieconcepten.
Automatische ondersteuning van diegenen die registreren, zodat de feitelijke registratie conform het informatiemodel plaatsvindt.
Scheiding van inhoud, registratie en transport.
Elk van deze gebieden kent eigen expertise die onafhankelijk van elkaar moet kunnen worden ingezet. De scheiding tussen inhoud en transport moet voorkomen dat bij de introductie van een nieuwe (transport)techniek ook het achterliggende informatiemodel wordt aangepast, wat als gevolg heeft dat er veel aanpassingen in de zorgtoepassingen gedaan moeten worden. Door de informatieconcepten los te halen van de transporttechniek creëren we meer rust en data-continuïteit.
Unieke identificatie van zorgdata.
Het samenstellen van een levensloopdossier, waarbij uit vele verschillende dossiers één samenhangend beeld van een persoon wordt gecreëerd, vraagt om het kunnen identificeren van inhoud en bron, zodat de juiste zaken met elkaar in verband worden gebracht en geen dubbelingen ontstaan.
Vertrouwensstelsel
Om van het gezondheidsinformatiestelsel gebruik te willen en kunnen maken, is het noodzakelijk dat het stelsel afspraken eist en functionaliteiten biedt die vertrouwen in het stelsel rechtvaardigen. Basisfunctionaliteiten moeten als generieke functie worden aangeboden zodat effectiviteit en interoperabiliteit gegarandeerd wordt. Dit vereist onder meer realisatie van de 6 geprioriteerde generieke functies uit het uitwisselkompas/landelijk vertrouwensstelsel.
Herbruikbare gestandaardiseerde koppelvlakken op bronsystemen.
Door niet alleen gehele datasets in het kader van een kwaliteitsstandaard, maar ook de individuele bouwstenen in die kwaliteitsstandaard te kunnen opvragen, faciliteren we databeschikbaarheid en krijgt een in de Wegiz verplicht gestelde uitwisseling een veel bredere toepassing en invloed.