(v0.2) MMOS-258, SR-Client_ID verplichten bij gebruik refesh_token
Omschrijving Changelog, met daarin:
| Het attribuut client_id verplichten bij het gebruik van refresh_tokens. Gewijzigde pagina: token interface
|
Impact op: | DVP DVA Geen van beiden (Dit was al verplicht vanuit RFC8705, dit is een verduidelijking in het afsprakenstelsel). |
Te informeren Stakeholders | Acceptatie R&A beheer Regie CCDA Security Relatiebeheer Communicatie MM Loket Stichting MM |
Moeten afbeeldingen/mockups aangepast worden? | Ja Nee |
Aan te passen versies afsprakenstelsel | 2.X.Y (waarschijnlijk een aanpassing op 2.0.4) |
Classificatie | Patch Minor Major Patch omdat er geen impact vanuit deze verduidelijking is. De deelnemers moesten dit al doen vanuit RFC8705. Om de onduidelijkheden te beperken zetten we dit duidelijk in het afsprakenstelsel. |
Implementatie Termijn | 9 januari moet deze gepubliceerd worden. |
Gerelateerde tickets (o.a. nummer van deze ticket) | |
Status | Staat klaar voor release in afsprakenstelsel Verwerkt in afsprakenstelsel |
Uitwerking
Zet bij de locatie (en indien van toepassing bij de “In te voegen links (optioneel)”) de link naar de confluence space (bijv. MedMij Afsprakenstelsel 2), zet hier niet de link naar scroll view pagina. Is het een tabel benoem dan bij de locatie ook de rij.
Kopieer voor de oude en de nieuwe tekst ook de regel voor en na de aan te passen zin.
In de kolom “Oude tekst”, maak de verwijderde of gewijzigde stukken rood en streep ze door
In de kolom “Nieuwe tekst”, geef de nieuwe stukken hebben deze blauwige/groenige kleur.
Wil je een link toevoegen maak het woord paars in de kolom “Nieuwe tekst” en zet de link in de kolom “In te voegen links (optioneel)”.
Door te voeren wijzigingen
Locatie
Oude tekst
core.tknint.200
De parameters in de request naar het token endpoint worden bij het gebruik van een authorization code (token request) als volgt gevuld:
parameter | vulling | toelichting |
---|---|---|
| conform verantwoordelijkheid core.autorisatie.205, core.autorisatie.206, core.autorisatie.207 en core.autorisatie.208 | Dit is het gevolg van verantwoordelijkheid core.autorisatie.201. |
| conform verantwoordelijkheid core.autorisatie.205, core.autorisatie.206, core.autorisatie.207 en core.autorisatie.208 | Zie de toelichting bij verantwoordelijkheid core.autorisatie.205, core.autorisatie.206, core.autorisatie.207 en core.autorisatie.208. |
| de hostname van de Node van de OAuth Client die de authorization request deed die de nu aangeboden authorization code opleverde | Het gebruik van client_id is verplicht. Conform de verantwoordelijkheden als beschreven in het hoofdstuk TLS en certificaten moet al het netwerk-verkeer beveiligd worden met TLS. In hoofdstuk 2 van RFC8705 staat beschreven aan welke eisen voldaan moet worden bij een combinatie van OAuth2 en mutual TLS. |
| dezelfde waarde als in de voorafgaande authorization request. De redirect_uri moet urlencoded zijn (conform RFC 3986). | NB: De redirect_uri MOET NIET dubbel encoded worden(!) |
De parameters in de request naar het token endpoint worden bij het gebruik van een refresh token (refresh request) als volgt gevuld:
parameter | vulling | toelichting |
---|---|---|
grant_type | letterlijke waarde “refresh_token” | Conform hoofdstuk 6 van RFC6749 |
refresh_token | het uitgegeven refresh_token | Conform hoofdstuk 6 van RFC6749 |
Conform de OAuth 2- specificatie moeten overige parameters die meegestuurd worden in het request genegeerd worden.
core.tknint.201
Nieuwe tekst
core.tknint.200
De parameters in het request naar het token endpoint worden bij het gebruik van een authorization code (token request) als volgt gevuld:
parameter | vulling | toelichting |
---|---|---|
| conform verantwoordelijkheid core.autorisatie.205, core.autorisatie.206, core.autorisatie.207 en core.autorisatie.208 | Dit is het gevolg van verantwoordelijkheid core.autorisatie.201. |
| conform verantwoordelijkheid core.autorisatie.205, core.autorisatie.206, core.autorisatie.207 en core.autorisatie.208 | Zie de toelichting bij verantwoordelijkheid core.autorisatie.205, core.autorisatie.206, core.autorisatie.207 en core.autorisatie.208. |
| de hostname van de Node van de OAuth Client die de token request uitvoert. Deze moet hetzelfde zijn als de in het Authorization request gebruikte client_id. | Het gebruik van client_id is verplicht. Conform de verantwoordelijkheden als beschreven in het hoofdstuk TLS en certificaten moet al het netwerk-verkeer beveiligd worden met TLS. In hoofdstuk 2 van RFC8705 staat beschreven aan welke eisen voldaan moet worden bij een combinatie van OAuth2 en mutual TLS. |
| dezelfde waarde als in de voorafgaande authorization request. De redirect_uri moet urlencoded zijn (conform RFC3986). | NB: De redirect_uri MOET NIET dubbel encoded worden(!) |
Conform de OAuth 2- specificatie moeten overige parameters die meegestuurd worden in het request genegeerd worden.
core.tknint.209
De parameters in het request naar het token endpoint worden bij het gebruik van een refresh token (refresh request) als volgt gevuld:
parameter | vulling | toelichting |
---|---|---|
grant_type | letterlijke waarde “refresh_token” | Conform hoofdstuk 6 van RFC6749 |
refresh_token | het uitgegeven refresh_token | Conform hoofdstuk 6 van RFC6749 |
client_id | de hostname van de Node van de OAuth Client die de token request uitvoert. Deze moet hetzelfde zijn als de in het Authorization request gebruikte client_id. | Het gebruik van client_id is verplicht. Conform de verantwoordelijkheden als beschreven in het hoofdstuk TLS en certificaten moet al het netwerk-verkeer beveiligd worden met TLS. In hoofdstuk 2 van RFC8705 staat beschreven aan welke eisen voldaan moet worden bij een combinatie van OAuth2 en mutual TLS. |
Conform de OAuth 2- specificatie moeten overige parameters die meegestuurd worden in het request genegeerd worden.
core.tknint.201
Opmerkingen
De nieuwe core.tknint.209 komt in de rij tussen core.tknint.200 en core.tknint.201
Review
Zijn de volgende acties uitgevoerd?