Ontwikkelingen

Opkomst/ontwikkeling van meerdere landelijke/regionale/leverancier specifieke zorginfrastructuren in Nederland, naast AORTA. Informatie die uitgewisseld wordt in/binnen de ene zorginfrastructuur kan relevant zijn voor toepassingen die in een andere zorginfrastructuur. Daarom ziet VZVZ de noodzaak om AORTA te kunnen koppelen op andere zorginfrastructuren, bij voorkeur via het Twiin afsprakenstelsel. Een uitdaging hierbij is dat het verschil in (implementatie van het) beveiligings-/vertrouwensniveau met AORTA overbrugt dient te worden.
Ontwikkelingen in de AORTA-architectuur duren vaak lang omdat de lat voor veilige uitwisseling in het stelsel hoog is gelegd. Naast dit bestaande 'spoor' moet AORTA ook een spoor kunnen bieden waar ontwikkelingen kort cyclisch gedaan kunnen worden en er sneller meerwaarde aan de eindgebruiker geboden kan worden.
Landelijke normeringen op verschillende aspecten gaan deels dicteren hoe AORTA moet werken en/of geïmplementeerd moet worden:
- Duurzaam Informatiestelsel in de Zorg Referentie Architectuur (DIZRA). Afsprakenstelsels en andere bouwstenen die onderdeel willen zijn van het duurzame informatiestelsel in de zorg dienen te voldoen aan DIZRA.
- Vanuit de Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg (Wegiz) worden er verschillende NEN-normen opgesteld waaraan bepaalde informatie-uitwisselingen in de zorg aan moeten voldoen. Onder andere zal dit gaan gelden voor toestemming, identificatie & authenticatie en lokalisatie van patiëntgegevens.
Verandering van het IT-landschap van meer monolithische systemen naar een open IT-platform

Om de ontwikkelingen te kunnen volgen dient AORTA het volgende te gaan ondersteunen:

Hybride (bimodal) besturingsvormen

Hybride besturingsvormen kunnen elke op hun eigen manier informatie- en technologie-intensieve diensten leveren:
- Modus 1 is traditioneel en legt de nadruk op veiligheid en nauwkeurigheid
- Modus 2 is verkennend en legt de nadruk op wendbaarheid en snelheid

Modus 1		Modus 2
Betrouwbaarheid	Doel	Wendbaarheid
Goede prijs, hoge performance	Klantwaarde	Optimale klantbeleving, nieuwe features
Waterval, projectmanagement, Lean	Aanpak	Agile, Lean, Scrum, DevOps
Plan- en mandaat gedreven	Governance	Empirisch, continue proces georiënteerd
Lange termijn contracten, grote leveranciers, structurele financiering	Sourcing	Innovatieve leveranciers, nieuwe toetreders, korte termijn contracten, stimuleren met tijdelijke subsidies
Gericht op standaardisatie, project gedreven, zekerheidzoekend	Competentie medewerkers	Gericht op vernieuwing, kunnen omgaan met onzekerheden
IT centraal, klant op afstand	Cultuur kenmerk	Klant centraal, gericht op functionaliteit en klantwaarde
Lang, maanden	Cyclustijd	Kort, dagen, weken

Deze hybride besturing vraagt om een verbindend afsprakenstelsel waarmee beide modi naast elkaar kunnen werken (en samenwerken). Hierin moet komen te staan
- Hoe modus 2 met modus 1 kan communiceren
- Hoe in modus 2 ontwikkelde toepassing naar modus 1 kan worden overgebracht
- Hoe beide modi tegelijk kunnen werken en ieder een eigen governance hebben
- Hoe modus 1 zich toch ook toekomstvast kan blijven vernieuwen
Het koppelen van andere zorginfrastructuren aan AORTA moet via modus 2
- Dit vraagt om de introductie van zorgservices; generieke functionaliteit die los van het LSP te gebruiken is

Zorgservices

Een ‘zorgservice’ levert generieke functionaliteit, gerealiseerd door software, die locatie onafhankelijk is (in het XIS of hierbuiten). Voorbeelden van zorgservices zouden bijvoorbeeld kunnen zijn: lokaliseren van patiëntgegevens, autoriseren, het beheren van toestemming of adressering. Het idee is dat wanneer dit soort generiek functionaliteit los gebruikt / aangeboden kan worden, projecten in modus 2 makkelijker bediend en versneld kunnen worden zonder dat men aan alle implementatie-eisen hoeft te voldoen die nu een samenhangend geheel vormen voor de aansluiting op het LSP/de ZIM. Daarnaast biedt het de mogelijkheid om degelijke generieke diensten los(ser) van elkaar verder te ontwikkelen en implementeren of aan te passen op specifieke behoeftes voor een bepaald project. Mogelijke nadelen van losse generieke functies kunnen zijn de algehele beschikbaarheid en een verhoogde complexiteit van het systeem.

Browser not supported