...
title | Versiegeschiedenis... |
---|
...
Beschrijving
Voor Koppeltaal maken we gebruik van verschillende resource types. De verschillende resource types gebruiken verschillende elementen om aan te geven of de resource content daadwerkelijk gebruikt en wat de status binnen de levenscyclus is. Dit laatste is extra van belang binnen koppeltaal omdat er gebruik wordt gemaakt van soft-deletes; resources worden in normaal gebruik nooit echt verwijderd, maar door middel van status worden ze op inactief gezet. Hiervoor wordt het element active of het element status gebruikt. Het element active is van het type 'boolean' en het element status heeft een lijstje van kiesbare enumeratie waarden. Elk resource in Koppeltaal heeft een active of status veld, en het veld heeft daadwerkelijk een betekenis. Als aanbieder en afnemer van de FHIR resources is het van belang de status van de resource goed te verwerken.
Overwegingen
Semantiek
De resources binnen FHIR hebben in sommige gevallen een active veld met een boolean waarde, en in andere resources is er een status veld met een lijst aan mogelijkheden. Aangezien Koppeltaal gebruik maakt van soft-deletes worden deze velden gebruikt om de levenscyclus van de FHIR resources aan te geven. We zijn ons ervan bewust dat hier het venijn in de details zit; enige vorm van misinterpretatie van de status tussen systemen binnen en/of tussen domeinen kan tot verwarring, fouten en mogelijk conflicten leiden. De kernvraag die steeds geldt is welk gedrag er bij welke status hoort. Mag een inactieve gebruiker inloggen? Mag een voltooide taak gestart worden? Waar mogelijk proberen we daar antwoord op te geven. Om zoveel mogelijk bij de bestaande standaarden en semantiek aan te sluiten werken we in de volgende volgorde:
- Wat Koppeltaal specificeert.
- Wat de FHIR specificatie zegt.
Soft en Hard Delete
In Koppeltaal wordt in normaal gebruik geen gebruik gemaakt van de delete functionaliteit, er wordt door middel van de status of active vlag aangegeven wat de huidige status van de levenscyclus van het FHIR object is. Echter, het gebruik van de delete blijft bestaan binnen koppeltaal in specifieke situaties zoals migraties en beheersscenario's. Hoewel nog niet duidelijk is om welke situaties het exact gaat, voorzien we dat er in de toekomst gebruik gemaakt gaat worden van deze functionaliteit.
Toepassing, restricties en eisen
De FHIR secificatie
Het volgende tabel is een lijstje van situaties per resource en de daarbij behorende element en waarde. Alle onderstaande waardes zijn ook terug te vinden via het profiel van iedere resource.
...
The patients record is not in active use
- Many systems use this property to mark as non-current patients, such as those that have not been seen for a period of time based on an organization's business rules.
- It is often used to filter patient lists to exclude inactive patients
- Deceased patients may also be marked as inactive for the same reasons, but may be active for some time after death.
Requirements
Need to be able to mark a patient record as not to be used because it was created in error.
...
If a record is inactive, and linked to an active record, then future patient/record updates should occur on the other patient.
...
The practitioner's record is not in active use.
Requirements
Need to be able to mark a practitioner record as not to be used because it was created in error.
...
The organization's record is not in active use.
Requirement
Need a flag to indicate a record is no longer to be used and should generally be hidden for the user in the UI.
Comment
This element is labeled as a modifier because it may be used to mark that the resource was created in error.
...
FHIR kent standaard een aantal mogelijke statussen voor een task. In de onderstaande tabel worden die aan Koppeltaal use cases gebonden, waaronder ook de launch.
De onderstaande tabel is overgenomen uit business use case: Toewijzen en volgen taak. De behandelaar kan van iedere statuswijziging een notificatie ontvangen en op die manier de voortgang van uitvoering blijven volgen.
...
Een behandelaar kiest een interventie voor een patient en maakt daarmee een taak voor de patiënt.
...
De behandelaar besluit dat de taak uitgevoerd mag gaan worden door de patiënt en geeft deze vrij.
...
De patiënt start met het uitvoeren van de taak
...
Er kan iets mis gaan tijdens de uitvoering van de taak
...
cancelled
...
De taak is succesvol afgerond
...
Zowel de behandelaar als de patiënt kunnen beide de taak inzien. Ieder vanuit hun eigen portaal.
...
completed
...
Overige statussen van een task
Bovenstaande tabel beschrijft de voornaamste statussen die gebruikt zullen worden binnen Koppeltaal. Een taak kent echter ook een status-flow waarbij een taak-toekenning wordt beoordeel. De status "ready" wordt gebruikt wanneer de taak-toekenning een gegeven is. Binnen de GGZ is dit laatste bijna altijd het geval. Wanneer dit echter wel gebruikt wordt, dient de status als volgt behandeld te worden:
...
Hard Delete
Indien men gebruik maakt van de FHIR DELETE operatie wordt er een “logische” verwijdering uitgevoerd. Dat wil zeggen dat men niet meer bij de inhoud van de resource kan komen, en dus ook niet de status van de resource kan bekijken. Belangrijk hierbij is dat de gegevens niet fysiek uit de FHIR datastore (database) worden verwijderd.
Stel dat er een Patient resource met id 123 wordt aangemaakt (via HTTP POST /Patient) en vervolgens wordt deze Patient id=123 verwijderd (via HTTP DELETE Patient/123). De Patient resource krijgt hiermee een tweede versie van Patient/123 met versie Patient/123/_history/2 die gemarkeerd wordt als ‘deleted’.
Deze patiënt verschijnt niet langer in de zoekresultaten en pogingen om deze resource Patient/123 te lezen (met behulp van een HTTP GET Patient/123) zullen falen met een "HTTP 410 Gone" melding met een Location header die een URL bevat met resource id en versie id:
Location: http://example.org/fhir/Patient/123/_history/2
Het mooie is dat de originele resource inhoud niet wordt verwijderd. Men kan de geschiedenis van de resource nog steeds opvragen op de volgende manieren:
GET Patient/123/_history/1 of met GET Patient/123/_history/.
Warning | ||
---|---|---|
| ||
In een aantal gevallen mag een gebruiker aan een organisatie vragen om alle (historische) gegevens, van die gebruiker, uit hun systeem te verwijderen. Voor het fysiek verwijderen van resources hebben sommige FHIR Resource Providers een De |
Voorbeelden
1 - Creëer een Patient Resource
POST http://hapi.fhir.org/baseR4/Patient/
{
"resourceType": "Patient",
"active": true,
"identifier": [{
"use": "usual",
"system": "http://hl7.org/fhir/sid/us-ssn",
"value": "555501234"
}
],
"name": [
{
"text": "Berend Botje",
"family": "Botje",
"given": [ "Berend" ]
}
],
"telecom": [{
"system": "email",
"value": "berendbotje01@vzvz.nl",
"use": "home"
}],
"gender": "male",
"birthDate": "1970-12-20",
"managingOrganization": {
"identifier":
{
"system": "http://fhir.nl/fhir/NamingSystem/agb-z",
"value": "12345678"
},
"type": "Organization"
}
}
Response:
{
"resourceType": "Patient",
"id": "2043390",
"meta": {
"versionId": "1",
"lastUpdated": "2021-04-19T13:15:53.052+00:00"
},
"text": {
"status": "generated",
"div": "<div xmlns=\"http://www.w3.org/1999/xhtml\"><div class=\"hapiHeaderText\">Berend <b>BOTJE </b></div><table class=\"hapiPropertyTable\"><tbody><tr><td>Identifier</td><td>555501234</td></tr><tr><td>Date of birth</td><td><span>20 December 1970</span></td></tr></tbody></table></div>"
},
"identifier": [
{
"use": "usual",
"system": "http://hl7.org/fhir/sid/us-ssn",
"value": "555501234"
}
],
"active": true,
"name": [
{
"text": "Berend Botje",
"family": "Botje",
"given": [
"Berend"
]
}
],
"telecom": [
{
"system": "email",
"value": "berendbotje01@vzvz.nl",
"use": "home"
}
],
"gender": "male",
"birthDate": "1970-12-20",
"managingOrganization": {
"type": "Organization",
"identifier": {
"system": "http://fhir.nl/fhir/NamingSystem/agb-z",
"value": "12345678"
}
}
}
2 - Verwijder (logische) de Patient Resource
DELETE http://hapi.fhir.org/baseR4/Patient/2043390
Response:
{
"resourceType": "OperationOutcome",
"text": {
"status": "generated",
"div": "<div xmlns=\"http://www.w3.org/1999/xhtml\"><h1>Operation Outcome</h1><table border=\"0\"><tr><td style=\"font-weight: bold;\">INFORMATION</td><td>[]</td><td><pre>Successfully deleted 1 resource(s) in 12ms</pre></td>\n\t\t\t</tr>\n\t\t</table>\n\t</div>"
},
"issue": [
{
"severity": "information",
"code": "informational",
"diagnostics": "Successfully deleted 1 resource(s) in 12ms"
}
]
}
3 - Bevraag de (verwijderde) Patient Resource a.d.h.v. de id
GET http://hapi.fhir.org/baseR4/Patient/2043390
Statuscode: "410 Gone"
Location: http://hapi.fhir.org/baseR4/Patient/2043390/_history/2
{
"resourceType": "OperationOutcome",
"text": {
"status": "generated",
"div": "<div xmlns=\"http://www.w3.org/1999/xhtml\"><h1>Operation Outcome</h1><table border=\"0\"><tr><td style=\"font-weight: bold;\">ERROR</td><td>[]</td><td><pre>Resource was deleted at 2021-04-19T13:18:00.818+00:00</pre></td>\n\t\t\t</tr>\n\t\t</table>\n\t</div>"
},
"issue": [
{
"severity": "error",
"code": "processing",
"diagnostics": "Resource was deleted at 2021-04-19T13:18:00.818+00:00"
}
]
}
4 - Bevraag de historische gegevens van de Patient Resource a.d.h.v. de id en versieId
GET http://hapi.fhir.org/baseR4/Patient/2043390/_history/1
Statuscode: 200 OK
{
"resourceType": "Patient",
"id": "2043390",
"meta": {
"versionId": "1",
"lastUpdated": "2021-04-19T13:15:53.052+00:00",
"source": "#vzvz_1235"
},
"text": {
"status": "generated",
"div": "<div xmlns=\"http://www.w3.org/1999/xhtml\"><div class=\"hapiHeaderText\">Berend <b>BOTJE </b></div><table class=\"hapiPropertyTable\"><tbody><tr><td>Identifier</td><td>555501234</td></tr><tr><td>Date of birth</td><td><span>20 December 1970</span></td></tr></tbody></table></div>"
},
"identifier": [
{
"use": "usual",
"system": "http://hl7.org/fhir/sid/us-ssn",
"value": "555501234"
}
],
"active": true,
"name": [
{
"text": "Berend Botje",
"family": "Botje",
"given": [
"Berend"
]
}
],
"telecom": [
{
"system": "email",
"value": "berendbotje01@vzvz.nl",
"use": "home"
}
],
"gender": "male",
"birthDate": "1970-12-20",
"managingOrganization": {
"type": "Organization",
"identifier": {
"system": "http://fhir.nl/fhir/NamingSystem/agb-z",
"value": "12345678"
}
}
}
Toepassingsgebied
Onderbouwen
Eisen
...
Expand | ||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| ||||||||
|
Beschrijving
Voor Koppeltaal maken we gebruik van verschillende resource types. De verschillende resource types gebruiken verschillende elementen om aan te geven of de resource content daadwerkelijk gebruikt en wat de status binnen de levenscyclus is. Dit laatste is extra van belang binnen koppeltaal omdat er gebruik wordt gemaakt van soft-deletes; resources worden in normaal gebruik nooit echt verwijderd, maar door middel van status worden ze op inactief gezet. Hiervoor wordt het element active of het element status gebruikt. Het element active is van het type 'boolean' en het element status heeft een lijstje van kiesbare enumeratie waarden. Elk resource in Koppeltaal heeft een active of status veld, en het veld heeft daadwerkelijk een betekenis. Als aanbieder en afnemer van de FHIR resources is het van belang de status van de resource goed te verwerken.
Overwegingen
Semantiek
De resources binnen FHIR hebben in sommige gevallen een active veld met een boolean waarde, en in andere resources is er een status veld met een lijst aan mogelijkheden. Aangezien Koppeltaal gebruik maakt van soft-deletes worden deze velden gebruikt om de levenscyclus van de FHIR resources aan te geven. We zijn ons ervan bewust dat hier het venijn in de details zit; enige vorm van misinterpretatie van de status tussen systemen binnen en/of tussen domeinen kan tot verwarring, fouten en mogelijk conflicten leiden. De kernvraag die steeds geldt is welk gedrag er bij welke status hoort. Mag een inactieve gebruiker inloggen? Mag een voltooide taak gestart worden? Waar mogelijk proberen we daar antwoord op te geven.
Soft en Hard Delete
In Koppeltaal wordt in normaal gebruik geen gebruik gemaakt van de delete functionaliteit, er wordt door middel van de status of active vlag aangegeven wat de huidige status van de levenscyclus van het FHIR object is. Echter, het gebruik van de delete blijft bestaan binnen koppeltaal in specifieke situaties zoals migraties en beheersscenario's, zoals de use case /wiki/spaces/KTSA/pages/27080725. Hoewel nog niet duidelijk is om welke situaties het exact gaat, voorzien we dat er in de toekomst gebruik gemaakt gaat worden van deze functionaliteit.
Toepassing, restricties en eisen
De FHIR specificatie
Het volgende tabel is een lijstje van situaties per resource en de daarbij behorende element en waarde. Alle onderstaande waardes zijn ook terug te vinden via het profiel van iedere resource in simplifier.
Resource | element | Waarde | Betekenis |
---|---|---|---|
ActivityDefinition | status | draft | This resource is still under development and is not yet considered to be ready for normal use. |
active | This resource is ready for normal use. | ||
retired | This resource has been withdrawn or superseded and should no longer be used. | ||
unknown | The authoring system does not know which of the status values currently applies for this resource. Note: This concept is not to be used for "other" - one of the listed statuses is presumed to apply, it's just not known which one. | ||
Endpoint | status | active | This endpoint is expected to be active and can be used. |
suspended | This endpoint is temporarily unavailable. | ||
error | This endpoint has exceeded connectivity thresholds and is considered in an error state and should no longer be attempted to connect to until corrective action is taken. | ||
off | This endpoint is no longer to be used. | ||
entered-in-error | This instance should not have been part of this patient's medical record. | ||
test | This endpoint is not intended for production usage. | ||
Device | status | active | The device is available for use. |
inactive | The device is no longer available for use. | ||
entered-in-error | The device was entered in error and voided. | ||
unknown | The status of the device has not been determined. | ||
Task | status | ||
Patient | active | true | The patients record is in active use |
false | The patients record is not in active use
Requirements Need to be able to mark a patient record as not to be used because it was created in error.
If a record is inactive, and linked to an active record, then future patient/record updates should occur on the other patient. | ||
Practitioner | active | true | The practitioner's record is in active use. |
false | The practitioner's record is not in active use. Requirements Need to be able to mark a practitioner record as not to be used because it was created in error. | ||
CareTeam | status | proposed | The care team has been drafted and proposed, but not yet participating in the coordination and delivery of patient care. |
active | The care team is currently participating in the coordination and delivery of care. | ||
suspended | The care team is temporarily on hold or suspended and not participating in the coordination and delivery of care. | ||
inactive | The care team was, but is no longer, participating in the coordination and delivery of care. | ||
entered-in-error | The care team should have never existed. | ||
Organization | active | true | The organization's record is in active use. |
false | The organization's record is not in active use. Requirement Need a flag to indicate a record is no longer to be used and should generally be hidden for the user in the UI. Comment This element is labeled as a modifier because it may be used to mark that the resource was created in error. | ||
Subscription | status | requested | The client has requested the subscription, and the server has not yet set it up. |
active | The subscription is active. | ||
error | The server has an error executing the notification. | ||
off | Too many errors have occurred or the subscription has expired. |
Anchor | ||||
---|---|---|---|---|
|
FHIR kent standaard een aantal mogelijke statussen voor een task. In de onderstaande tabel worden die aan Koppeltaal use cases gebonden, waaronder ook de launch.
De onderstaande tabel is overgenomen uit business use case: Het kiezen, toewijzen, uitvoeren, en volgen van interventies . De behandelaar kan van iedere statuswijziging een notificatie ontvangen en op die manier de voortgang van uitvoering blijven volgen.
Stap | Voorbeeld (niet bindend) | Taak status | Betekenis |
---|---|---|---|
Interventie kiezen & taak aanmaken | Een behandelaar kiest een interventie voor een patient en maakt daarmee een taak voor de patiënt. | draft | The task is not yet ready to be acted upon. |
Een behandelaar komt erachter dat de taak foutief aangemaakt is. | entered-in-error | The task should never have existed and is retained only because of the possibility it may have used. | |
taak toewijzen | De behandelaar besluit dat de taak uitgevoerd mag gaan worden door de patiënt en geeft deze vrij. | ready | The task is ready to be performed, but no action has yet been taken. Used in place of requested/received/accepted/rejected when request assignment and acceptance is a given. |
Uitvoeren taak | De patiënt start met het uitvoeren van de taak | in-progress | The task has been started but is not yet complete. |
Er kan iets mis gaan tijdens de uitvoering van de taak | cancelled | The task was not completed. | |
on-hold | The task has been started but work has been paused. | ||
failed | The task was attempted but could not be completed due to some error. | ||
De taak is succesvol afgerond | completed | The task has been completed. | |
Inzien interventie. | Zowel de behandelaar als de patiënt kunnen beide de interventie inzien. Ieder vanuit hun eigen portaal. | completed | The task has been completed. |
Overige statussen van een task
Bovenstaande tabel beschrijft de voornaamste statussen die gebruikt zullen worden binnen Koppeltaal. Een taak kent echter ook een status-flow waarbij een taak-toekenning wordt beoordeel. De status "ready" wordt gebruikt wanneer de taak-toekenning een gegeven is. Binnen de GGZ is dit laatste bijna altijd het geval. Wanneer dit echter wel gebruikt wordt, dient de status als volgt behandeld te worden:
Stap | Taak status | Betekenis |
---|---|---|
Taak-toekenning wordt beoordeeld door de patiënt | requested | The task is ready to be acted upon and action is sought. |
received | A potential performer has claimed ownership of the task and is evaluating whether to perform it. | |
accepted | The potential performer has agreed to execute the task but has not yet started work. | |
rejected | The potential performer who claimed ownership of the task has decided not to execute it prior to performing any action. |
Hard Delete
Indien men gebruik maakt van de FHIR DELETE operatie wordt er een “logische” verwijdering uitgevoerd. Dat wil zeggen dat men niet meer bij de inhoud van de resource kan komen, en dus ook niet de status van de resource kan bekijken. Belangrijk hierbij is dat de gegevens niet fysiek uit de FHIR datastore (database) worden verwijderd.
Stel dat er een Patient resource met id 123 wordt aangemaakt (via HTTP POST /Patient) en vervolgens wordt deze Patient id=123 verwijderd (via HTTP DELETE Patient/123). De Patient resource krijgt hiermee een tweede versie van Patient/123 met versie Patient/123/_history/2 die gemarkeerd wordt als ‘deleted’.
Deze patiënt verschijnt niet langer in de zoekresultaten en pogingen om deze resource Patient/123 te lezen (met behulp van een HTTP GET Patient/123) zullen falen met een "HTTP 410 Gone" melding met een Location header die een URL bevat met resource id en versie id:
Location: http://example.org/fhir/Patient/123/_history/2
Het mooie is dat de originele resource inhoud niet wordt verwijderd. Men kan de geschiedenis van de resource nog steeds opvragen op de volgende manieren:
GET Patient/123/_history/1
Warning |
---|
Recht op vergetelheidIn een aantal gevallen mag een gebruiker aan een organisatie vragen om alle (historische) gegevens, van die gebruiker, uit hun systeem te verwijderen. Voor het fysiek verwijderen van resources hebben sommige FHIR Resource Providers een De |
Voorbeelden
Zie simplifier.