Versions Compared

Key

  • This line was added.
  • This line was removed.
  • Formatting was changed.

...

Er zijn verschillende soorten UZI-middelen te onderscheiden. Het gaat hierbij om persoonlijke als organisatie UZI-middelen. Image Removed


Image Added

Zorgverlenerpas: Pas ten behoeve van zorgverlener waarvan het beroep valt onder artikel 3, 34 of 36a beroepen van de Wet BIG. De certificaten op de pas bevatten de unieke identificatie (UZI-nummer) en de functie (UZI-rolcode) van de betreffende zorgverlener.
 
Medewerkerpas: Pas voor medewerkers die geen beroep uitoefenen wat valt onder artikel 3, 34 of 36a van de Wet BIG. Met de certificaten op deze pas is het niet mogelijk om je te authenticeren voor toegang tot de AORTA infrastructuur. Een alternatief voor deze pas is het gebruik van ZORG-ID.
Medewerkerpas-op-naam: Pas voor medewerkers die geen beroep uitoefenen wat valt onder artikel 3, 34 of 36a van de Wet BIG. De certificaten die opgenomen zijn bevatten een unieke identificatie van de medewerker (UZI-nummer). Deze medewerker vervult niet een functie die valt onder artikel 3, 34 of 36a van de Wet BIG en krijgt hiermee geen unieke rolcode toegekend. Ook een UZI-medewerkerpas op naam kan toegang krijgen tot het LSP, maar alleen als deze is gemandateerd door een BIG- geregistreerde zorgverlener met een UZI- zorgverlenerpas. Een alternatief voor de medewerkerspas-op-naam is het gebruik van ZORG-ID.
 
Servercertificaat: zorgt voor identificatie en authenticatie van de zorgaanbiederapplicatie. Met een servercertificaat kunnen beveiligde verbindingen worden opgezet met het LSP. Binnen AORTA geldt dat er gebruik moet worden gemaakt van UZI-servercertificaten, tenzij het niet mogelijk is voor de betreffende zorgaanbieder om een UZI-servercertificaat aan te vragen. In dat geval zal gewerkt worden met een PKIo-servercertificaat.

Anchor
_Toc124523897
_Toc124523897
Inschrijfproces

...