...
Personen wisselen gezondheidsgegevens uit met aanbieders. Veel van de gegevens zijn geregistreerd of worden gebruikt door individuele zorgverleners. De gegevens worden echter vaak echter bijgehouden in een informatiesysteem op het niveau van de organisatie. Denk hierbij aan een huisartsenpraktijk of een ziekenhuis die elektronische dossiers over patiënten bijhoudt, waarbij meerdere zorgverleners het medisch dossier bijwerken en raadplegen. Steeds vaker worden dossiers ook specialisme-overstijgend bijgehouden; de ontwikkeling van een kerndossier is hiervan een goed voorbeeld. Ook kan MedMij betrekking hebben op zorgadministratieve gegevens (zoals afspraken), die worden bijgehouden door anderen dan de zorgverleners zelf. Voor de uitwisseling van gegevens is het daarom passend om te spreken van een interactie tussen de persoon en de aanbieder, waarbij de aanbieder een organisatie is van een of meer zorgverleners. Wanneer we zouden uitgaan van de zorgverlener wordt het beschrijven van het afsprakenstelsel nodeloos ingewikkeld, omdat de zorgverlener dan vaak een relatie heeft met andere zorgverleners of met niet-medische medewerkers of organisaties. De aanbieder is een logische partij om over het geheel dat nodig is voor de uitwisseling van gezondheidsgegevens met de patiënt namens de zorgverleners afspraken te maken met de dienstverlener in binnen het MedMij-netwerk.
P16 - De burger regisseert zijn gezondheidsinformatie als uitgever
MedMij wil iedereen die dat wil meer regie op zijn gezondheid geven. Daarvoor is het nodig dat iedereen, door middel van een persoonlijke gezondheidsomgeving, inzicht in zijn eigen gezondheidsinformatie heeft, en op die gezondheidsinformatie regie kan voeren. Voor dat laatste zijn meerdere vormen denkbaar, die aanzienlijk verschillen in de kracht van de regie en in de eruit voortvloeiende verantwoordelijkheden en vrijheden voor alle betrokkenen. Ook verschillen zij sterk in hoe het informatieverkeer is ingericht, ook functioneel en technisch. Het MedMij afsprakenstelsel kiest voor een regiemodel waarin de burger zijn eigen gezondheidspublicaties samenstelt en uitgeeft, dat wil zeggen, deelt met lezers. Daartoe is het hem gegeven bronnen aan te boren. Bronnen en lezers zijn allereerst aanbieders van zorg- en gezondheidsdiensten. De uitgever is dus de hoofdrol in het persoonsdomein; bron en lezer zijn de twee hoofdrollen in het aanbiedersdomein. Deze vorm van informatieregie legt het initiatief in hoge mate bij de burger (de uitgever) en is daarmee krachtiger dan het model waarin de burger alleen kan reageren - instemmend of afkeurend - op verkeer tussen aanbieders. Anderzijds gaat de regievorm niet zover dat zij de burger het onverminderde economische eigendom toedicht over de gezondheidsinformatie, en het intellectuele eigendom evenmin. Achter deze vormen zouden nog geheel andere regiemodellen schuilgaan, met onwenselijke consequenties en risico's.
...